HUIDPLOOIMETINGEN

Met een huidplooimeter kan de dikte van een huidplooi worden bepaald.  Met behulp van de gemeten huidplooien kan een voorspelling worden gedaan over de totale lichaamsvetmassa.  

Harpenden, de meest professionele huidplooimeter.

De metingen zijn gebaseerd op de veronderstelling dat het vet regelmatig verdeeld is over het lichaam en de dikte van huidplooien dus maat is voor de hoeveelheid subcutaan vet die representatief is voor de totale hoeveelheid lichaamsvet.

Met behulp van referentietabellen kan een schatting worden gemaakt van de vetmassa en de vetvrije massa van het lichaam. De cliënt moet voor deze meting kunnen zitten of staan.

Huidplooimetingen zijn makkelijk uitvoerbaar en licht belastend.

BETROUWBAAR

Huidplooimeting is één van de meest betrouwbare manier om je vetmassa te bepalen. Mensen die willen afvallen rekenen hun BMI uit of kijken alleen naar het gewicht op de weegschaal. Spieren wegen zwaarder dan vet. Iemand die veel spiermassa heeft kan een hoge BMI hebben ( kijk naar onze Derk, Derk is volgens zijn BMI obese maar heeft een vetpercentage van 8 % ) maar betekent niet dat die persoon daadwerkelijk overgewicht heeft. Ook de weegschaal geeft je een indicatie van je vooruitgang maar zegt niets over de samenstelling van je lichaam. Iemand die er slank uitziet of flink afgevallen is kan namelijk nog steeds een hoog vetpercentage hebben en dit kan uiteindelijk leiden tot gezondheidsproblemen. Veel belangrijker is de verhouding tussen spierweefsel en vetweefsel in je lichaam. Dit kun je meten met behulp van een huidplooimeter. BodyXtra maakt gebruik van de Harpenden huidplooimeter, deze is zeer valide, van hoge kwaliteit en met precisie gekalibreerd. Laat je bij ons een huidplooimeting doen dan ontvang je na de meting een volledige rapportage via je e-mail met daarin je huidige gemeten vetpercentage en een berekening omtrent jouw caloriebehoefte. Vanuit deze gegevens kunnen wij je eventueel adviseren omtrent je verdeling van macro nutriënten zodat je in balans kunt werken naar een lager/hoger vetpercentage. Tevens slaan wij je huidplooimeting digitaal op zodat we tijdens een volgende meting kunnen vergelijken, en op deze manier je progressie waarborgen.

SOM VAN VIER HUIDPLOOIEN

Om een schatting te maken van het totale lichaamsvet worden vier huidplooien gemeten, te weten:

  • De bicepshuidplooi (voorkant, midden bovenarm)
  • De tricepshuidplooi (achterkant midden bovenarm)
  • De subscapilaire huidplooi (onder de punt van het schouderblad)
  • De supra-iliacale huidplooi (vlak boven de bovenrand van het heupbeen)

Met behulp van de tabel van Durnin en Womersley (1974) kan bij een gegeven leeftijd en geslacht het percentage lichaamsvet worden afgelezen. Deze tabel bevat gegevens voor personen vanaf 17 jaar.

Tricepshuidplooi – De tricepshuidplooi is nodig bij het berekenen van de bovenarmspieromtrek. De tricepshuidplooi geeft informatie over de vetreserves van het lichaam en de berekende spiermassa geeft informatie over de eiwitreserves. Met behulp van de gemeten waarde voor de tricepshuidplooi kan de mate van ondervoeding worden afgelezen. Herhaalde metingen geven een goede indicatie over veranderingen in de voedingstoestand en vetopslag.

Betrouwbaarheid – Van alle huidplooimetingen is de tricepshuidplooi de meest betrouwbare, aangezien oedeem in de bovenarm weinig voorkomt. De metingen zijn minder betrouwbaar bij ouderen, omdat de elasticiteit van de huid vaak verminderd is en de spieren slapper zijn. Zodoende is de kans dat er ten onrechte spieren in de huidplooi worden meegenomen groter.

Ook bij chronische spierziekten, dehydratie en oedeemvorming geeft deze parameter geen betrouwbare waarde. Daarnaast is het bij het meten van huidplooien erg belangrijk dat dit door een getraind persoon gebeurt. De plaats van de meting en de manier waarop men meet dragen bij aan de nauwkeurigheid van de meting.

Referenties

Durnin JVGA, Womersley J. Body fat assessed from total body density and its estimation from skinfold thickness: measurements on 481 men and women aged from 16 to 72 years. Br J Nutrition. 1974; 32: 77-97.

Siri WE. The gross composition of the body. pages 239-280. IN: Lawrence JH, Tobias CA (editors). Advances in Biological and Medical Physics. Academic Press, Inc. Advances in Biological and Medical Physics. 1956; 4: 239-280.

Maastricht UMC+ https://nutritionalassessment.mumc.nl/huidplooimetingen

METEN IS WETEN